De kracht van schrijven in het mbo
Vraag mbo-docenten wat studenten moeten leren op het gebied van schrijven, en je hoort vaak: “Een nette, zakelijke brief kunnen opstellen” of “Een verzorgd verslag inleveren.” Belangrijk, zeker. Maar schrijven is veel meer dan dat. Schrijven helpt studenten bijvoorbeeld om hun denken te ordenen, grip te krijgen op de leerstof en zich te ontwikkelen als vakmens. Het is geen losse taalvaardigheid, maar een krachtig leerinstrument. Wanneer studenten schrijven over onderwerpen die raken aan hun vak, gaan taal en inhoud hand in hand. Ze reflecteren, maken keuzes, onderbouwen hun aanpak, precies zoals ze dat straks in de praktijk ook moeten doen. En dat maakt schrijven niet alleen leerzamer, maar ook motiverender. Jouw rol als mbo-docent is hierbij van groot belang. Door schrijven een plek te geven in jouw lessen, versterk je taal, denken én vakmanschap.
Schrijven maakt denken zichtbaar
Of het nu gaat om het verwoorden van een redenering, het onderbouwen van een keuze of het schrijven van een reflectie: schrijven dwingt studenten om na te denken. Ze moeten informatie begrijpen, ordenen en in eigen woorden uitdrukken. Juist dit proces zorgt voor verdieping. Laat studenten schrijven over onderwerpen die direct raken aan hun vak. Denk aan praktijkverslagen, klantbrieven of persoonlijke reflecties. Ook creatief schrijven kan waardevol zijn, het nodigt uit tot zelfexpressie en betrokkenheid.
Tip: Geef ruimte voor interactie: laat studenten elkaars werk lezen, feedback geven en herschrijven. Zo groeit het vertrouwen in hun taal en denken.
Taal en vak gaan hand in hand
Taal leer je het beste in de context waarin je die nodig hebt. Dat geldt ook voor schrijven. Door schrijfoefeningen te verbinden aan vakinhoud, help je studenten om vaktaal actief te gebruiken en beter te begrijpen. Denk aan opdrachten waarin studenten uitleggen wat ze doen, waarom ze iets kiezen of wat een bepaalde vakterm betekent.
Als docent kun je dit ondersteunen met:
- schrijfkaders of formats
- voorbeeldteksten
- woordenschatlijsten of begrippenkaarten
Zo zorg je ervoor dat elke student met zelfvertrouwen kan schrijven, ook als taal (nog) lastig is.
Zorg voor taalverzorging in context
Correct taalgebruik, zoals spelling en grammatica, is belangrijk, zeker in beroepsgerichte communicatie. Maar het is geen doel op zich. Wat telt, is dat studenten duidelijk, professioneel en begrijpelijk kunnen schrijven. Daarom is het belangrijk om taalverzorging te integreren in het hele schrijfproces. Laat studenten hun teksten herlezen, herschrijven en feedback verwerken. Zo wordt correct taalgebruik een natuurlijk onderdeel van het schrijven, in plaats van een losse oefening. In de praktijk ligt de nadruk in het mbo soms nog te veel op het aanleren van losse grammaticale begrippen. Maar de vraag is of dat bijdraagt aan beter schrijven. Zoals ook besproken in het blog Weg met het grammatica-onderwijs?, is het effectiever om taalregels betekenisvol aan te reiken tijdens het schrijven zelf. Dan krijgt grammatica pas echt functie en context – en beklijft het beter.
Tip: Bespreek veelvoorkomende fouten klassikaal. Laat studenten actief zoeken naar verbeterpunten in eigen teksten en teksten van klasgenoten.
Elke docent is ook een taaldocent
Taal leer je niet alleen tijdens de taalles, juist in vaklessen krijgt taal betekenis. Of je nu lesgeeft in techniek, zorg, economie of media: in elk vak gebruiken studenten taal om te denken, te communiceren en te leren. Door korte schrijfoefeningen op te nemen in je lessen, geef je studenten de kans om taal actief toe te passen binnen hun beroepscontext. Vaak komt schrijven al terug in het curriculum, maar lang niet altijd met het bewuste doel om taalvaardigheid te versterken.
Wil je schrijven effectiever inzetten? Ga dan als team aan de slag. Ontwikkel samen schrijfoefeningen die aansluiten bij jullie vakken en beroepspraktijk. Zo wordt schrijven een vanzelfsprekend onderdeel van het leren, in álle lessen. (Zie ook het menu voor praktische voorbeelden.)
Digitaal of op papier? Allebei werkt.
Laat studenten schrijven op de manier die past bij de opdracht. Op papier schrijven stimuleert vaak een trager, dieper denkproces. Digitaal schrijven maakt revisie eenvoudiger en biedt handige tools. Denk aan tekstverwerkers of digitale hulpmiddelen zoals ChatGPT.
Tip: Leer studenten hoe ze dit soort tools bewust en kritisch inzetten, als ondersteuning, niet als vervanging van hun eigen denken.
Zet vandaag nog een stap
Schrijven hoeft niet groot of ingewikkeld te zijn. Begin klein:
- een korte schrijfopdracht aan het begin of einde van je les
- een reflectievraag op het werkproces
- een beroepssituatie omschrijven in eigen woorden
Zodra schrijven een vaste plek krijgt in jouw lessen, groeit het vakmanschap van studenten, in taal, denken én handelen. Op zoek naar inspiratie om hiermee aan de slag te gaan? Bekijk hier een selectie aan boeken en websites met praktische tips en inzichten: Schrijfopdrachten Maud Hutten Methodiek ‘weten waar de woorden zijn’ 21 korte schrijfoefeningen Boek ‘Tierelantaal’ Boek ‘Opdat wij schrijven’, Klascement.
Meer lezen?
- Hajer & Meestringa (2021) – Handboek taalgericht vakonderwijs
- Van Koeven & Smits (2022) – Rijke taal (v)mbo
- Verhoeven (2018) – Taalontwikkeling in het beroepsonderwijs

Jolien de Kock-Visscher
docent Nederlands en websitebeheerder
De kracht van schrijven in het mbo
Vraag je docenten in het mbo waar schrijven bij studenten om draait dan zullen veel docenten antwoorden: studenten moeten een goede, zakelijke brief kunnen schrijven die er qua taalverzorging netjes uitziet. Of: studenten dienen een net verslag in te leveren. Schrijven is echter veel meer dan dat. Het helpt studenten denken, leren én groeien in hun vak. Als docent speel jij hierin een sleutelrol. Schrijven is méér dan een taalvaardigheid. Het is een krachtig middel waarmee mbo-studenten hun denken ordenen, reflecteren op hun leerproces en zich voorbereiden op professioneel handelen. Door te schrijven in betekenisvolle, beroepsgerichte contexten, koppelen studenten taal aan hun toekomstige praktijk. Dat maakt leren niet alleen effectiever, maar ook relevanter en motiverender.
Schrijven maakt denken zichtbaar
Of het nu gaat om het verwoorden van een redenering, het onderbouwen van een keuze of het schrijven van een reflectie: schrijven dwingt studenten om na te denken. Ze moeten informatie begrijpen, ordenen en in eigen woorden uitdrukken. Juist dit proces zorgt voor verdieping. Laat studenten schrijven over onderwerpen die direct raken aan hun vak. Denk aan praktijkverslagen, klantbrieven of persoonlijke reflecties. Ook creatief schrijven kan waardevol zijn – het nodigt uit tot zelfexpressie en betrokkenheid.
Tip: Geef ruimte voor interactie: laat studenten elkaars werk lezen, feedback geven en herschrijven. Zo groeit het vertrouwen in hun taal én denken.
Taal en vak gaan hand in hand
Taal leer je het beste in de context waarin je die nodig hebt. Dat geldt ook voor schrijven. Door schrijfoefeningen te verbinden aan vakinhoud, help je studenten om vaktaal actief te gebruiken en beter te begrijpen. Denk aan opdrachten waarin studenten uitleggen wat ze doen, waarom ze iets kiezen of wat een bepaalde vakterm betekent.
Als docent kun je dit ondersteunen met:
- schrijfkaders of formats
- voorbeeldteksten
- woordenschatlijsten of begrippenkaarten
Zo zorg je ervoor dat elke student met zelfvertrouwen kan schrijven, ook als taal (nog) lastig is.
Zorg voor taalverzorging in context
Spelling en grammatica zijn belangrijk – vooral in beroepsgerichte communicatie. Maar ze zijn geen doel op zich. Integreer taalverzorging in het hele schrijfproces. Laat studenten bijvoorbeeld teruglezen, reviseren en feedback verwerken. Door herhaald te oefenen groeit hun taalvaardigheid vanzelf.
Praktijktip: Bespreek veelvoorkomende fouten klassikaal. Laat studenten actief zoeken naar verbeterpunten in hun eigen en elkaars teksten.
Elke docent is ook een taaldocent
Taal ontwikkel je niet alleen in de taalles. Juist in vaklessen krijgt taal betekenis. Of je nu techniek, zorg, economie of media doceert – in elk vak heb je te maken met taal. Door kleine schrijfoefeningen in te bouwen in je les, geef je studenten de kans om taal te gebruiken, te oefenen én toe te passen.
Wist je dat… korte schrijfopdrachten van 5–10 minuten al impact kunnen hebben op taalontwikkeling én vakinhoudelijk begrip?
Digitaal of op papier? Allebei werkt.
Laat studenten schrijven op de manier die past bij de opdracht. Op papier schrijven stimuleert vaak een trager, dieper denkproces. Digitaal schrijven maakt revisie eenvoudiger en biedt handige tools. Denk aan tekstverwerkers of digitale hulpmiddelen zoals ChatGPT.
Belangrijk: Leer studenten hoe ze dit soort tools bewust en kritisch inzetten – als ondersteuning, niet als vervanging van hun eigen denken.
Zet vandaag nog een stap
Schrijven hoeft niet groot of ingewikkeld te zijn. Begin klein:
- een korte schrijfopdracht aan het begin of einde van je les
- een reflectievraag op het werkproces
- een beroepssituatie omschrijven in eigen woorden
Zodra schrijven een vaste plek krijgt in jouw lessen, groeit het vakmanschap van studenten – in taal, denken én handelen.
Meer lezen?
- Hajer & Meestringa (2021) – Handboek taalgericht vakonderwijs
- Van Koeven & Smits (2022) – Rijke taal (v)mbo
- Verhoeven (2018) – Taalontwikkeling in het beroepsonderwijs
